woensdag 3 december 2008

Ex-rechter voor de rechter

Wicher Wedzinga
wedzinga
Het Openbaar Ministerie (OM) gaat oud-rechter Wicher Wedzinga vervolgen omdat hij zijn ambtsgeheim zou hebben geschonden. Juristen spreken van een unieke zaak in de rechtsgeschiedenis.

Het gerechtshof in Arnhem oordeelde recent in een zogenoemde artikel-12-procedure dat het OM Wedzinga moet vervolgen, blijkt uit de uitspraak van het hof die op internet is gepubliceerd.

De voormalig raadsheer bij het gerechtshof Leeuwarden zou tegen een veroordeelde en zijn advocaat uit de school hebben geklapt over de geheime beraadslagingen die hij en twee andere raadsheren voerden bij de vaststelling van het vonnis in hun zaak.

De kwestie heeft betrekking op een hoger beroepzaak tegen de Amsterdammer Danny Kuiters. Hij werd verdacht van een ramkraak op een Amsterdams Geldnet-filiaal in 1996. Door de rechtbank Amsterdam was eerder hij vrijgesproken.

Maar in juni 2003 veroordeelde het gerechtshof in Leeuwarden Danny K. in hoger beroep tot een gevangenisstraf van 12 jaar. Voorzitter van het gerechtshof dat tot dit vonnis kwam, was mr. Hermans. Een van de twee andere raadsheren (rechters bij het hof) was mr. Wicher Wedzinga. In de periode van 29 juni 2007 tot 14 januari 2008 nam Wedzinga, inmiddels als rechter ontslagen, contact op met de door hem veroordeelde ramkraker. Wedzinga had op dat moment een juridisch advieskantoor en wilde K. helpen met een herzieningsprocedure bij de Hoge Raad. Dit heeft hij ook in een brief van 21 maart 2007 laten weten aan de raadsman van K., mr. Piet Doedens.

In een brief liet hij de raadsman weten dat hij van meet af aan werd ‘geplaagd door twijfels’ over de schuld van K. Maar tijdens de beraadslagingen over het vonnis zou die twijfel door de twee andere raadsheren zo zijn teruggebracht dat hij ‘overstag’ was gegaan en zich ook voor schuldigverklaring had uitgesproken.

Gezien de twijfels die ook door anderen over de veroordeling werden geuit, staat de zaak ook bekend als 'de rammelende ramkraak' of de 'krakende ramkraak'.

Eind 2007 stapte mr.Hermans naar justitie. Hij deed aangifte tegen zijn voormalige college Wedzinga wegens schending van het ‘geheim van de raadkamer’. Dit is het moment waarop de drie raadsheren in het diepste geheim en alleen vergezeld van de griffier besluiten of iemand schuldig is en zo ja, welke straf daarop moet volgen. Over deze beraadslaging mag niets naar buiten worden gebracht.

Overtreden van dit ‘geheim van de raadkamer’ geldt als schending van het ambtsgeheim. Mr. Hermans vond dat zijn oud-collega Wedzinga dit geheim had geschonden doordat hij tegenover Danny K. en zijn raadsman Doedens openlijk had gesproken over zijn twijfel rond het vonnis.

In februari van dit jaar liet de officier van justitie weten niet tot vervolging van Wedzinga over te gaan. In zijn ogen was er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs. Mr. Hermans stapte vervolgens naar zijn eigen Leeuwardense hof toe om daar vervolging van Wedzinga af te dwingen.

Dit hof, dat voor deze zaak zitting hield in Arnhem, besloot maandag 24 november dat het OM oud-rechter Wedzinga wel degelijk moet vervolgen. Het hof ziet in het dossier ‘voldoende aanknopingspunten’ om strafvervolging in te stellen.

De strafrechtelijke vervolging is een unicum in de Nederlandse rechtspraak, aldus woordvoerders van de Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak en de Raad voor de Rechtspraak.

Mijns insziens is het toch vreemd dat als een (ex) rechter twijfels heeft over de schuld van een veroordeelde dat dan niet alles uit de kast gehaald zou mogen worden om de onschuld aan te tonen. Het gaat hier uiteindelijk om een mensenleven en dat is belangrijker dan 'een geheim'.

Wedzinga kwam in 2006 in opspraak en moest ontslag nemen als rechter omdat hij terecht moest staan wegens zware mishandeling en een poging tot doodslag op zijn Oekraïnse ex-vriendin.

Ookl daarna is hij diverse malen in opspraak geraakt en hij staat bekend om zijn kritiek op het juridisch systeem. Volgens Wedzinga is dit namelijk in zodanige mate verrot dat het hoog tijd wordt om een parlementaire enquête te houden naar het (dis)functioneren van de rechtspleging en omdat onze "rechtsstaat" langzaam maar zeker afglijdt naar het niveau van een politiestaat, waarin het systeem van checks and balances ver is te zoeken en het uitoefenen van wettelijke bevoegdheden is ontaard in machtsmisbruik, willekeur en vriendjespolitiek.

Zie ook Geheim van de Raadskamer moet worden afgeschaft

De artikel 12 procedure houdt in dat als na aangifte van een strafbaar feit het OM besluit niet te vervolgen, een belanghebbende (meestal degene die aangifte deed) het daar niet mee eens is en daarover een klacht indient. De 'meervoudige kamer van het gerechtshof' bekijkt dan of er toch tot vervolging moet worden overgegaan. Op deze manier kan de 'klager' het OM 'dwingen' een vervolging in te stellen.

Plaats op NuJij Voeg toe aan Blig Facebook Facebook