Keijzer werd op Koninginnedag in de gemeente Wervershoof in zijn hals gestoken en daarna met een auto overreden. Aan de gevolgen van dit laatste overleed hij.
Pascal Keijzer en T. hadden op Koninginnedag een afspraak, waarbij T. cocaïne van Keijzer zou kopen. Hiervoor was de dealer met het tweetal meegegaan in de auto waarmee ze waren komen aanrijden. Eerder zou de jongen aan T. drugs van slechte kwaliteit hebben verkocht. Volgens de officier van justitie had T. daarom nog een appeltje met Pascal te schillen.
De twee verdachten hebben in de zaak tegenstrijdige verklaringen afgelegd. Zo stelde Van B. dat T. Pascal op de Parallelweg in de gemeente Wervershoof heeft neergestoken en overreden. T. zei daarentegen dat hij Pascal alleen een duw heeft gegeven, waarop de jongen viel. Hij probeerde Pascal overeind te helpen, maar Van B. kwam eraan en begon op het lichaam van het slachtoffer te springen. T. zou alleen per ongeluk over het been van het slachtoffer zijn gereden.
Ook blijkt uit onderzoek dat het slachtoffer nog in leven was op het moment van overrijden. T. en Van B. hebben beiden verklaard dat T. de auto heeft bestuurd. De rechtbank stelt dat T. bij het wegrijden over het lichaam is gereden, vervolgens is gekeerd en Pascal nogmaals, met zijn hoofd uit het raam gestoken om te kijken wat hij deed, heeft overreden. Wie Pascal heeft neergestoken, is onduidelijk gebleven.
Over Van B. stelde de rechtbank daarnaast dat de dood van Pascal aan hem kon worden toegewezen, omdat hij zich niet aan het gebeuren heeft onttrokken. Ook wist hij van het plan om Pascal te beroven.
Sociale achtergronden: Problemen in West-Friesland
0 comments:
Een reactie posten