Naar aanleiding van een kop in de telegraaf “Topadvocaat lid Maffia” was de advocaat in kwestie –Leon van Kleef- vanavond in Pauw en Witteman. Daar werd al gauw de Kafkaïaanse situatie duidelijk waarin van Kleef zich bevond.
De oorzaak (over de gevolgen later), lag in een visitekaartje van Van Kleef, dat klaarblijkelijk bij een Italiaanse Maffioso (in feite iemand van de Calabrese ‘Ndrangheta*) was terechtgekomen. Over de telefoon gaf deze crimineel in 2001 de gegevens van van Kleef door aan een andere crimineel (een Colombiaanse drugsbaron), meer niet.
Helaas, het telefoongesprek werd afgeluisterd door de Italiaanse justitie en zij maakten er uit op dat er ten kantore van Van Kleef dus wel een Maffia vergadering gehouden moest worden en dat van Kleef dus lid moest zijn van de Mafia. Een Italiaanse eenheid van de antimafia brigade stond al in de startblokken om Van Kleef te observeren. Zij werden echter teruggefloten omdat Justitie in Nederland geen toestemming gaf omdat de feiten niet hard genoeg waren. Dit leidde tot boosheid bij de Italianen en bijna tot een stopzetten van de justitiële samenwerking. De italianen vaardigden vervolgens een arrestatiebevel uit tegen van Kleef.
Van Kleef, die hier niet van op de hoogte was, werd vervolgens in Spanje gearresteerd. Daardoor ontstond veel ophef in Nederland. Na een paar uur was Van Kleef weer vrij en werd het bevel ingetrokken.
Gelukkig voor Van Kleef bestond toen het Europese arestatiebevel nog niet, want dan hadden de Nederlandse autoriteiten hem gewoon naar Italië uit moeten leveren zonder inhoudelijke toetsing onder het motto “bepleit daar uw zaak maar”.
Een en ander valt terug te lezen in het boek “’Ndrangheta, Bazen, plaatsen en zaken van de meest machtige Maffia ter wereld” van Francesco Forgione, de vroegere voorzitter van de parlementaire onderzoekscommissie naar de maffia, dat volgens Nederlandse nieuwsbronnen 1 december in Italië is verschenen, maar in feite al sinds december 2008 op de markt is.
De Italiaanse parlementaire onderzoekscommissie naar de maffia rapporteerde in 2006 over het uitblijven van toestemming van de Nederlandse autoriteiten om de advocaat Van Kleef te schaduwen. Die weigering en gebrek aan daadkracht bij Europol moesten volgens de Italianen alsnog een reden zijn voor een nadere beschouwing op de internationale politiesamenwerking.
Verder schrijft Forgione: “Er bleek in het onderzoek veel telefonisch contact vanuit Italië, Colombia en Nederland. De Italianen en Colombianen belden mobiel, het Nederlandse nummer was steeds dat van het Amsterdamse advocatenkantoor.”
Volgens advocaat Meijering –een kantoorgenoot van Van Kleef- zijn de verdenkingen gebaseerd op los zand. “In een tapgesprek is opgevangen dat twee Colombianen waarschijnlijk op ons kantoor hadden afgesproken. Terwijl Van Kleef kan aantonen dat hij die mensen niet kent, dat hij die dag op een rechtbankzitting in Groningen was en dat die Colombianen hier nooit zijn geweest. Onze telefoonnummers worden zelfs niet in het Italiaanse dossier genoemd”, zegt Meijering. “Italië schermt verder met een tapgesprek waarin Van Kleef te horen zou zijn. Dat is weerlegd door een forensisch deskundige: de man in het afgeluisterde gesprek is niet mijn collega, maar waarschijnlijk een Colombiaan. Er is helemaal niets. Het college van procureurs-generaal, de Amsterdamse justitie en de deken van de orde van advocaten zijn van meet af aan door ons ingelicht en staan volledig achter ons.”
Update 27 mei 2010: De rechtbank van Reggio Calabria heeft vastgesteld dat Van Kleef de feiten waarvoor hij werd vervolgd, niet heeft gepleegd. Hij geldt niet langer als verdachte.
*'Ndrangheta='genootschap van moedige mannen'
In het telefoongesprek dat tot ellende van Van Kleef leidde ging het om een lid van de ‘Ndrangheta, de Calabrese ‘Maffia’.