Deborah Rosiek, die hoogzwanger was, verdween spoorloos op 18 juni 2003. Ze had op die dag een afspraak in het VU-ziekenhuis, waar ze de volgende dag door een keizersnee zou bevallen van een tweeling. Daar kwam ze echter nooit aan. Ondanks grootscheepse zoekacties in het IJsselmeer en recreatiegebied ’t Twiske, is haar lichaam nooit gevonden.
Na de verdwijning werden in een kelderbox van de toenmalige woning van haar minnaar Hans P., bloedsporen van Deborah Rosiek gevonden. P. werd tweemaal gearresteerd op verdenking van betrokkenheid bij de dood van Deborah en in juni 2008 moest hij voor de rechtbank in Amsterdam verschijnen. Er werd vijf jaar cel tegen hem geëist wegens 'mishandeling en dood door schuld', maar tot grote teleurstelling van de familie van Deborah werd hij vrijgesproken. Volgens de Amsterdamse rechtbank ontbrak voor een veroordeling het wettige en overtuigende bewijs.
Op zich was het een vreemde eis, 5 jaar voor de dood van een zwangere vrouw en twee ongeboren kineren, maar dat komt omdat het OM geen idee heeft wat er met Rosiek is gebeurd: moord kan niet bewezen worden, doodslag kan niet bewezen worden, dood door schuld niet en ook mishandeling niet. Sterker nog, zelfs haar dood kan niet bewezen worden en mocht zij toch dood gevonden worden dan is nog maar de vraag of bewezen kan worden dat Hans P. de dader is.
Het Openbaar Ministerie ging in hoger beroep, maar besluit hier nu dus toch vanaf te zien. Als de zaak wel voor het gerechtshof zou komen en er wegens gebrek aan bewijs wederom vrijspraak volgt, heeft het OM haar laatste kans verkeken. P. kan dan namelijk nooit meer vervolgd worden voor de moord op Deborah.
0 comments:
Een reactie posten